Natuurlijk kun je via de weg in Clonmacnoise komen. Maar voor een speciaal verhaal voor thuis kun je deze vroegchristelijke kloosternederzetting het best met een boot bereiken.
Vanaf Athlone vaar je op je gemak over de rivier de Shannon van het moderne Ierland naar de groene velden van Westmeath, en na een bocht ... beland je midden in de 6e eeuw.
Clonmacnoise in county Offaly
De veelomvattende overblijfselen stammen uit het jaar 545. Ze bestaan uit een kathedraal, ronde toren, high crosses (rijkelijk gedecoreerde stenen kruizen) en maar liefst zeven kerken, iets wat je niet verwacht in zo'n moerassige uithoek. Clonmacnoise was ooit een vooraanstaand centrum in Europa voor religie en kennis.
St. Ciarán Mac a tSaor ('zoon van de timmerman') stichtte Clonmacnoise op de kruising van de rivier de Shannon met de destijds grootste weg van oost naar west in Ierland: een strategische ligging die beslissend bleek voor de groei van de nederzetting.
Tegen de 9e eeuw was dit samen met Clonard het beroemdste klooster van Ierland en het trok geleerden en leerlingen uit heel Europa. Tussen de 9e en 11e eeuw werd het zelfs de begraafplaats voor de hoge koningen van Tara.
Clonmacnoise in county Offaly
De kathedraal van Clonmacnoise heeft een 'fluisterdeur'. Melaatsen gingen buiten bij de deur staan om toch gehoord te kunnen worden wanneer zij kwamen biechten … zo bleef de priester op veilige afstand.
Wist je dat ...
De vroege, houten bouwwerken van Clonmacnoise uit de 9e eeuw werden gaandeweg vervangen door meer duurzame stenen gebouwen. De imposante ruïnes van vandaag, waarvan een groot deel uitgebreide conserveringswerkzaamheden heeft ondergaan, zijn een afspiegeling van de drukte van weleer: in de 11e eeuw woonden en werkten hier maar liefst 1500 tot 2000 mensen.
Als je rond de ruïnes loopt, begroeid met korstmos, kun je je goed voorstellen hoe het er hier aan toeging: de monniken die gehaast rondliepen en kunstenaars die druk waren met manuscripten schrijven, steenhouwen en metaal bewerken. Een van de indrukwekkendste kunstobjecten die hier werden vervaardigd, is de sierlijke bisschopsstaf, die nu te zien is in het Nationaal Museum van Ierland …
Clonmacnoise was zo belangrijk voor het christelijke erfgoed van het eiland dat wordt beweerd dat St. Ciarán hier eeuwen na zijn dood is teruggekeerd om een plunderaar dood te slaan met zijn gouden staf.
De drie sterren van Clonmacnoise zijn de magnifieke high crosses, die tegenwoordig worden beschermd tegen het grillige Ierse weer en te zien zijn in het voortreffelijke informatiecentrum (waarheidsgetrouwe replica's staan op de oorspronkelijke locatie). Het beroemdste is het vier meter hoge Cross of the Scriptures. Het zandstenen kruis is aan vier zijden kunstig bewerkt met ingewikkelde figuren. Pas in de 12e eeuw, meer dan 500 jaar na zijn oprichting, begon het succes van Clonmacnoise terug te lopen als gevolg van een toevloed van concurrerende religieuze kloosterorden uit Europa en de groei van de stad Athlone in het noorden.
Maar paus Johannes Paulus II vond Clonmacnoise belangrijk genoeg om te bekijken tijdens zijn beroemde bezoek aan Ierland in 1979. Het historische belang en de populariteit bij bezoekers van deze plaats is 1500 jaar later nog niet afgenomen.